Nieuw modebeeld
Het is begin jaren veertig, Nederland is bezet en er is vrijwel geen kleding meer te koop. Toch worden er nog steeds weelderige modeshows gehouden voor de rijken en de Libelle en Margriet staan vol met de laatste mode, die zelf kan worden gemaakt.
In de riviera hal van de Rotterdamse diergaarde wordt een groot opgezette modeshow gehouden waarin de nieuwste Berlijnse en Weense modellen worden getoond.
Mode uit Berlijn en Wenen
De mode mag niet meer uit Parijs komen. Want ook via de mode proberen de nazi’s hun stempel op de maatschappij te drukken. Berlijn en Wenen worden de nieuwe modehoofdsteden. Dirndl-kleding – de traditionele Tiroler kleding – wordt enthousiast aanbevolen. Maar het is niet deze Duitse mode, maar vooral de schaarste die het Nederlandse modebeeld beïnvloedt.
Kortere rokken en mantelpakjes
Voor kleding wordt zo min mogelijk stof gebruikt. Dat zien we bijvoorbeeld bij de rokken die korter worden en minder plooien krijgen. En mantelpakjes voor dames worden nu vaak gemaakt van oude herenpakken. Ze krijgen daardoor een rechter model en iets bredere schouders.
Lange broeken en lapjes jurken
Voor het eerst zie je ook blote benen met korte sokjes en raken lange broeken voor vrouwen min of meer geaccepteerd. Niet iedereen is daar enthousiast over. De Libelle schrijft in 1942: “Wij zijn van mening dat deze dracht absoluut ongeschikt is voor winkeluitstapjes in de stad en zeer zeker misplaatst in een restaurant.”
Vanwege de schaarste maken vrouwen thuis zelf jurken van verschillende lapjes stof. Diezelfde trend zie je terug in de ontwerpen van de modehuizen.
Het naadje van de kous
Tijdens de bezetting zijn kousen niet meer te koop, maar voor dames nog altijd een must. Sommige vrouwen kleuren hun benen zelfs bruin met flesjes beenbruinsel en met oogpotlood trekken zij daarna nog een kousnaadje op hun benen.
Nieuwe 'look'
Ook wordt het een trend om kleding door kraagjes, stukjes bont of borduursels een nieuwe look te geven. Aan jassen wordt bijvoorbeeld een bontkraag genaaid. Dus hoewel er bijna geen stukje stof meer te koop is, ontstaat er toch een nieuw modebeeld.
Schoenen
De veterschoen heeft houten strips onder de zool, vanwege het tekort aan leer. Of schoeisel wordt gemaakt van papiertouw als alternatief voor leer.
Bolero van vilt
Een bolero kost vanaf de zomer van 1940 tien textielpunten, maar stof met een lengte tot 90 centimeter is dan nog zonder punten te koop. Genoeg voor een bolero! Bolero’s worden populair om te combineren met een japon.
Op een zwart japonnetje zijn vierkantjes van diverse restjes uit de lappenkist, die eerst geborduurd werden, aangebracht.
Libelle
Vanwege het gebrek aan kousen worden lange broeken voor vrouwen min of meer geaccepteerd. Maar op straat zie je ook vrouwen met een rok over hun broek! De Libelle schrijft in 1942 dat een pantalon voor vrouwen voor nette gelegenheden echt niet geschikt is.
Nieuwe japon
Van twee oude jurken of met restjes uit de lappendoos kun je een nieuwe japon maken. Jurken van verschillende stoffen worden heel populair.
Stukjes bont
Met kleine stukjes bont, losse kraagjes, strikken, kraaltjes, stiksels en borduursels krijgt oude kleding een nieuwe look. Zakken van bont zijn een nieuwe ‘uitvinding’.
Op deze mantel heeft de draagster tijdens de bezetting een bontkraag bevestigd. Zo krijgt de jas een nieuwe en chique uitstraling.
Vaak wordt konijnenbont gebruikt om kleding te versieren, maar op deze jas is waarschijnlijk bont van muizen of mollen gebruikt.
Creaties modestudenten
In juni 2019 werd in het Verzetsmuseum een modeshow gehouden. Veertig modestudenten van vier mbo-opleidingen toonden op de catwalk ontwerpen geïnspireerd op mode uit de Tweede Wereldoorlog. Per thema koos een jury van bekende modeontwerpers twee winnaars. De winnende ontwerpen zijn hier te zien.
Nathanael de Jesus
“Ik heb een broek gemaakt, omdat dit toentertijd bij het nieuwe modebeeld hoorde. Het bovenstuk heeft een breed silhouet dat ook aansluit bij het modebeeld van toen. Ik gebruikte meubelstof en plastic. Meubelstof werd tijdens de bezetting uit nood ook gebruikt, plastic speelt vandaag de dag een grote rol.”
Ontwerp Nathanael de Jesus
Jury:
“Nathanael heeft op een originele manier oud met nieuw gecombineerd. Hij putte inspiratie uit het modebeeld van toen, maar maakte toch een hele moderne creatie en koos voor een perfecte styling.”
Yipshing Zhang
“Mijn bruidsjurk is een robe manteau [een damesjurk die lijkt op een overjas, red.] naar voorbeeld van de jaren veertig, maar dan met een moderne twist. Mijn doel was van twee oude kledingstukken iets unieks te creëren. Hiervoor heb ik een wollen colbert en een oude zomerjurk bij het Leger des Heils gekocht. De bloemen zijn onafgewerkt voor een "gebruikte" look. Verder heb ik een textielkaart in de borstzak van het colbert geplaatst om te refereren aan de schaarste tijdens de Tweede Wereldoorlog.”
Ontwerp Yipshing Zhang
Jury:
“Yipshing combineerde twee oude kledingstukken tot iets nieuws. Dat past helemaal bij het modebeeld van tijdens de bezetting. Het jasje heeft een modern en origineel model en de bloemen zijn prachtig afgewerkt.”