Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga naar de hoofdinhoud Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga direct naar zoeken

1943-1944: Kamp Westerbork

‘k geloof ik ben niet helemaal in orde... Ik ben met mijn gedachten er niet bij ... Opeens ben ik een ander mens geworden... M’n hart klopt als de vliegtuigsloperij.
uit ‘Westerbork Serenade’

Slopen met muziek

In september 1943, bij de razzia op de laatste Joden in Amsterdam, worden Nol en Max met hun vrouwen opgepakt en naar doorgangskamp Westerbork in Drenthe gezonden. De tieners in het kamp zijn enthousiast. Johnny and Jones treden, nu als Jonny und Jones, één keer op in de revue ‘Bunter Abend’ onder leiding van de beroemde Duits-Joodse artiesten Max Ehrlich en Willy Rosen. Maar kampcommandant Gemmeker wil geen Nederlandstalige liedjes horen. Toch blijven Nol en Max hun eigen muzikale weg gaan, al zingen ze niet langer met een Amerikaans accent en nemen ze ook enkele Duitstalige liedjes op in hun repertoire. In het kampcafé of tussen de barakken blijven ze hun opbeurende liedjes ten gehore brengen.

 Plaat met 'Westerbork serenade'.

Nol en Max moeten overdag werken in de vliegtuigsloperij. Als er ergens een vliegtuig is neergestort, moeten ze soms het kamp verlaten. Tijdens zo’n dienstreis in de zomer van 1944 nemen ze in Amsterdam zes nummers op uit hun Westerbork-repertoire, waaronder ‘Wij slopen met muziek’ en de ‘Westerbork Serenade’. Ze krijgen een onderduikplaats aangeboden, maar die wijzen ze af. Het einde van de oorlog lijkt in zicht en hun vrouwen kunnen problemen krijgen als ze niet op tijd in het kamp terug zijn. Wellicht hebben ze gehoopt door de plaatopnames als artiesten een voorkeursbehandeling te krijgen in concentratiekamp Theresienstadt. Hun unieke liedjes over het kampleven zijn hierdoor bewaard gebleven.

Tekening van Johnny and Jones in kamp Westerbork werkend in de vliegtuigsloperij.

 

Meer artikelen uit dit dossier

Er is veel meer te vertellen over dit onderwerp. Lees snel verder op onderstaande pagina's.