Roelf Drent

Arie Brouwer vertelt in 2020 dat ‘een’ Roelf Drent een neef is van Thie Brouwer, z’n vader. Thie was tijdens de oorlogsjaren prominent lid van de Trouwgroep, een vriend van Johannes Post en Jan Smallenbroek. Arie vertelt tevens dat Roelf regelmatig op visite kwam bij Jantje Brouwer-Groenwold, z’n grootmoeder. Roelf had in de schuur achter het huis aan de Handelskade 26 in Stadskanaal een verborgen ruimte gemaakt. Als je tegels weghaalde werd een luik zichtbaar. Onder dat luik lag een kist met allerlei materialen om valse persoonsbewijzen te maken. Janny Bennitt-van Klinken (geboren 1930) herinnert zich dat niet alleen een drukpers, maar ook wapens verborgen waren. De naam Roelf Drent is veelvoorkomend in de Veenkoloniën. Het is zeker niet ondenkbaar dat het hier gaat om dezelfde persoon.

over de sterfdatum van mijn opa bestaat toch nog enige twijfel. In het document van de gemeente Blaricum staat namelijk als datum 4 maart 1943 vermeld.

Vanuit familie archief twee foto’s van Roelf Drent.

Vanuit familie archief twee foto’s van Roelf Drent ter aanvulling.

Roelf Drent was een militante vrije socialist/anarchist en niet van joodse afkomst. Hij was afkomstig uit een arbeidersmilieu van het Groningse platteland (thans gemeente Stadskanaal). Zijn vader was Klaas Drent (1864-1940) en zijn moeder Jeichiena Medema (1859-1923). In 1917 behoorde hij tot de eerste generatie dienstweigeraars. Hij huwde met Hilke Scheltens (19-1-1900 Appingedam) met wie hij drie kinderen kreeg in de eerste helft van de jaren twintig. Hij vervulde diverse functies in de anarchistische arbeidersbeweging in Nederland en was een actief propagandist van het vrijheidslievend socialisme. Werd daarvoor diverse malen tot gevangenisstraf veroordeeld. Werkzaam als veenarbeider, koopman, mijnwerker en actief in de staalindustrie. Hij was een fel tegenstander van de nationaal-socialisten waartegen hij onverzoenlijke strijd propageerde. Hij zou in de oorlogsjaren opgepakt zijn voor het dragen van het symbool van de antimilitaristen, het gebroken geweertje en vervolgens zijn afgevoerd naar de concentratiekampen. Op 2-8-1942 wordt hij vanuit K.L. Neuengamme in K.L. Dachau opgesloten. Vervolgens zou hij op 26-10-1942 op transport gaan naar vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau waar hij op 14-3-1943 zou zijn overleden.